Herstructurering Nationale Milieudatabase

Dit artikel van Harry Nieman, i.s.m. Jeannette Levels (LBP/Sight) en Piet van Luijk (adviseur van SBK), is overgenomen van milieudatabase.nl

Transparante en vergelijkbare milieuprestaties van bouwproducten en gebouwinstallaties zijn een randvoorwaarde om in een gelijk speelveld duurzaam bouwen gestalte te kunnen geven. Dit is een van de uitgangspunten van de Nationale Milieudatabase (NMD). Het nationale stelsel van milieuprestatiedata - die mede als basis dienen voor milieuprestatieberekeningen van bouwwerken en GWW-werken - neemt dan ook een centrale plaats in binnen de circulaire bouweconomie.

In het afgelopen jaar heeft de NMD een aantal belangrijke stappen gezet om het gebruik van de database te vergroten, het groeiend gebruik robuust te kunnen faciliteren en aan te sluiten bij de (Europese) ontwikkelingen. We geven een korte toelichting.

Integratie data uit GWW-sector
Het afgelopen jaar is er hard gewerkt om de database van DuboCalc te integreren in de Nationale Milieudatabase. Dit traject is bijna afgerond en is bij de introductie van de versie die per 1 juli 2019 live is gegaan (modulair en webbased) operationeel. De winst is dat de database gebruikt kan worden voor zowel de B&U-sector als voor de GWW-sector. Bovendien is het efficiënt om de database door één partij te laten beheren.

Functionele beschrijvingen en datastructuur
Naast een algehele modernisering van de database ICT is de datastructuur in overeenstemming gebracht met de datastructuren volgens de NLsfB-systematiek (wordt gebruikt in de B&U-sector) en de RAW-systematiek (GWW-sector). Met het doorvoeren van deze structuurwijziging ontstaat een duidelijker structuur voor de huidige gebruikers van de rekeninstrumenten, maar is er ook een basis gelegd voor het aansluiten op geautomatiseerde (BIM-)toepassingen. Aan de datastructuur is een complete set functionele beschrijvingen gekoppeld waarmee de bouwproducten en gebouwinstallaties transparant en vergelijkbaar worden gemaakt. Hierdoor is het nu meer duidelijk wat er wel en niet in de milieuprestatie van het product is opgenomen. Daarnaast is zichtbaar gemaakt welke producten toegevoegd kunnen worden om functionele eisen op bouwwerkniveau te borgen. De juistheid van een berekening op bouwwerkniveau kan daarnaast met deze methode ook beter worden gecontroleerd.

NMD is webbased
De nieuwe database is een webbased service. Hiermee is er per 1 juli 2019 een realtime database waaraan dagelijks nieuwe productinformatie kan worden toegevoegd. Voor de toepassing in private en publieke regelingen als het Bouwbesluit is versiebeheer noodzakelijk. Daarom kan in de toekomst worden aangegeven tot en met welke datum de data gebruikt kan worden. Niet veranderd is dat de data in de NMD vertrouwelijke gegevens van de industrie bevat en daardoor niet per product kan worden ingezien. De data uit de NMD kan enkel worden gebruik voor rekeninstrumenten op het niveau van het bouwwerk, zowel voor B&U als GWW.

Betere aansluiting EU
De wijze van het weergeven van de milieuprestatie en het bepalen van de potentiële milieuprestatie van een product na einde eerste gebruiksfase is ingrijpend gewijzigd. Het doel van deze wijzigingen is het geven van inzicht aan de gebruikers van de data. Zij worden immers uitgedaagd om een duurzaam bouwwerk te realiseren. Aan de milieuprestatiedata in een bouwwerkberekening ligt een levenscyclusanalyse (LCA) ten grondslag. In deze analyse wordt per levensfase (aangeduid als module in de terminologie van de Europese norm NEN-EN 15804) de milieuprestatie bepaald. Vanaf 1 januari 2019 wordt deze data compleet en per module door de fabrikanten aangeboden aan de NMD conform de aangepaste bepalingsmethode milieuprestatie gebouwen en GWW-werken. De details van de verschillende modules zijn in deze herziene bepalingsmethode in overeenstemming gebracht met de onderliggende Europese norm. Specifiek is hierbij zorgvuldig aandacht besteed aan module D, de potentiële milieuprestatie na einde levensduur.

Circulaire economie
In de huidige bouweconomie wordt reeds op grote schaal gerecycled na de eerste gebruiksperiode (einde levensduur) van bouwproducten. Ook hergebruik neemt toe binnen de bouw. Module D van NEN-EN 15804 is erop gericht om op een zorgvuldige manier de kwaliteit van de reststromen te beschrijven en hier een verantwoorde milieuprestatie aan toe te rekenen, zowel positief als negatief. Alle bewerkingen of andere processen die nodig zijn om een kwaliteit van grondstof of product (in geval van hergebruik) te leveren, maken onderdeel uit van deze milieuprestatie van module D. Om te waarborgen dat er geen onrechtmatige milieuprestaties worden toegerekend voorziet de norm in een massabalanscontrole van secundaire stromen. Simpel samengevat betekent dit dat module D moet worden gecorrigeerd voor gebruikte secundaire materialen in de productiefase.

Met deze aanpassingen is ook voor de module die expliciet een deel van de circulaire bouweconomie beschrijft sprake van transparante en vergelijkbare milieuprestaties. Daarnaast zijn er ook duidelijke mogelijkheden gecreëerd voor meerdere toepassingsscenario’s van een product. Hierdoor kan een ander facet van de circulaire bouweconomie, demontabel bouwen, inzichtelijk worden gemaakt door de leveranciers en producenten.

Nieuwe referentiebouwwerken
Om de ontwikkelingen in de tijd van milieuprestatie op bouwwerkniveau te kunnen monitoren en de markt te faciliteren met referenties voor eigen studies en benchmarks heeft SBK nieuwe referentiebouwwerken ontwikkeld die per 1 juli 2019 beschikbaar zijn. Deze referentiebouwwerken zijn aangepast aan de komende minimumeisen voor BENG-gebouwen.

Tijdens de ZEN-Platformbijeenkomst over circulaire woningbouw op 17 september a.s. zal Harry Nieman ingaan op de hogere waardering van circulariteit in de Milieu Prestatie Gebouwen (MPG) per 1 juli 2019.