Kamerbrief Energiebesparing Gebouwde Omgeving

blokOp 18 december heeft minister Blok een brief aan de Kamer gestuurd over de voortgang van energiebesparing in bestaande bouw en in nieuwbouw in de gebouwde omgeving.

Voor nieuwbouw schrijft de minister dat er het komende halfjaar een routekaart voor bijna energieneutrale nieuwbouw zal worden opgesteld, in nauw overleg met marktpartijen. De gedachten gaan daarbij uit naar een gefaseerd invoerings- en leerproces, waarbij op vrijwillige basis steeds meer gebouwen bijna energieneutraal worden gebouwd. In de loop van de tijd zullen de kennis en ervaringen steeds breder en actiever worden verspreid. Ook wordt proefondervindelijk ervaring opgedaan met de prestatie-eisen en de bepalingsmethoden die thans ontwikkeld worden.

Aandachtspunt bij het bereiken van bijna energieneutrale gebouwen is dat dit niet leidt tot een toename van CO2-emissies voor productie en afdanking van bouwproducten en installaties. Voor het goed kunnen afwegen van toe te passen maatregelen komen die kwalificaties van bouwproducten en installaties dan bij voorkeur tot uiting in hun prestatieverklaringen zodat deze met die van een bijna energieneutraal gebouw, in samenhang, kunnen worden bezien.

Aanpak bijna energieneutrale overheidsgebouwen
Nieuwe overheidsgebouwen moeten (conform de EPBD-richtlijn) na 2018, twee jaar vooruitlopend op alle andere nieuwe gebouwen, bijna energieneutraal worden gebouwd. Het gaat dan om gebouwen die in het bezit zijn van overheden en ook worden gebruikt door overheden. Het verwachte aantal nieuwe vergunningsaanvragen voor de bouw van dergelijke gebouwen in de periode 2018-2020 is beperkt: naar verwachting hooguit enkele tientallen op basis van een inventarisatie bij betrokken partijen.

Stand van zaken definitie bijna energieneutrale gebouwen
De eisen voor bijna energieneutrale nieuwbouw wil de minister laten aansluiten bij de beleidsdoelstellingen voor de energiezuinigheid van het gebouw, het benutten van hernieuwbare energie en de resterende fossiele energievraag. Op dit moment wordt onderzocht wat de energieprestaties zijn van referentiegebouwen, gebaseerd op de meest energiezuinige praktijkvoorbeelden. De uitkomsten van het onderzoek geven een aanwijzing over wat nu al mogelijk is en wat op termijn voor alle partijen uitvoerbaar zou moeten zijn.

De concept onderzoeksresultaten laten zien dat voor verschillende functies in de utiliteitsbouw het energiegebruik behoorlijk kan verschillen, afhankelijk van bijvoorbeeld de gebruikstijden van het gebouw, de gewenste hoeveelheid ventilatie en de activiteiten die in het gebouw plaatsvinden. De minister wil bij de uitwerking van de eisen echter voorkomen dat voor iedere gebruiksfunctie een aparte eis gaat gelden. Daarom wordt er gezocht naar een logische clustering van functies met daarbij behorende eisen aan de energieprestatie van het gebouw. Dit geeft eenvoud en kan een stimulans vormen voor meer flexibel bouwen (voor meerdere functies).

Om te komen tot nadere concretisering van de eisen voor bijna energieneutrale gebouwen, zullen de eisen baseren op haalbaarheid, maar ook relateren aan onder andere de door marktpartijen gewenste eenvoud, ontwerpvrijheid, betaalbaarheid en ruimte voor innovatie. De eisen worden bovendien getoetst aan de ontwikkelingen in andere EU-lidstaten. Een EU-brede inventarisatie verschijnt begin 2015. Gezien de gewenste duidelijkheid en voorbereidingstijd zullen de definitieve uitkomsten zo snel mogelijk, uiterlijk in het voorjaar van 2015, bekend worden gemaakt.

Nieuwbouw: 330.000 nieuwe woningen
In de nieuwbouw zal door de aanscherping van de energieprestatiecoƫfficiƫnt (EPC) naar 0,4 in 2015 zuiniger gebouwd gaan worden. De aanname in de Nationale Energieverkenning 2014 is dat er tot 2020 ca. 330.000 nieuwe woningen worden gebouwd met een EPC van 0,4 of beter.

Lees hier de volledige brief van de minister.