Temperatuur tapwater en legionella

Dit artikel is gebaseerd op een artikel in Gawalo, publicatiedatum 25 oktober.

In nieuwbouwwoningen bepaalt het tapwaterverbruik een belangrijk deel van de energierekening. Bepalend is de temperatuur van het water: hoe hoger deze is, hoe meer energie het kost. Kan de wettelijk vereiste temperatuur van tapwater op termijn naar beneden?

De NEN 1006-eis voor warm tapwater van minimaal 55 °C in individuele installaties kan best nog omlaag, zegt onderzoeker Hans van Wolferen. Deze temperatuur-eis is namelijk vooral functioneel en niet, zoals vaak wordt gedacht, noodzakelijk voor legionellapreventie. Hierdoor kan veel energie bespaard worden.

In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken deed zelfstandig adviseur Hans van Wolferen onderzoek naar het verlagen van de warmtapwater temperatuur in individuele installaties. De directe aanleiding voor zijn onderzoek was de motie die Tweede Kamerlid Tom van der Lee (foto) op 14 juni 2018 indiende:

“Constaterende dat op dit moment wordt vereist dat warm tapwater op 55°C gehouden moet worden om legionellabesmetting te voorkomen; overwegende dat er andere manieren mogelijk zijn om legionellabesmetting te beheersen; overwegende dat deze eis tot suboptimale keuzes leidt bij duurzame warmteplannen voor wijken in steden; verzoekt de regering, de mogelijkheden te onderzoeken voor het verlagen van deze eis, zonder dat dit gevaren voor de volksgezondheid oplevert, en gaat over tot de orde van de dag.”


Duurzame warmtetechnieken
De achterliggende vraag bij de motie Van der Lee is of duurzame warmte uit zonneboilers, warmtepompen of wko-systemen efficiënter gebruikt kan worden voor warmtapwaterbereiding. De redenen om een lagere tapwatertemperatuur dan 55 °C te hanteren, zijn dan ook duidelijk, vertelt Van Wolferen: “De motivatie daarvoor is energiebesparing of een hoger energetisch rendement. Bij de toepassing van cv-combiketels was het op 55°C houden van het warmtapwater nooit een probleem. De combiketel is in essentie een tegenstroom-warmtewisselaar, waardoor de uitgaande temperatuur niet het rendement van de ketel bepaalt. Bij nieuwe technieken zoals de warmtepomp is dat anders. Als een warmtepomp het tapwater tussen de 55 en 60 °C moet houden, is de COP van het toestel flink lager dan bij bijvoorbeeld 40 °C.”

NEN 1006
In de NEN 1006, de norm met Algemene voorschriften voor leidingwaterinstallaties, staat: “De temperatuur aan het mengtoestel of aan het tappunt in een woninginstallatie zonder circulatie moet bij gebruik conform de ontwerpcondities ten minste 55 °C zijn.” Hans van Wolferen: “Er zijn eigenlijk twee redenen om deze eis zo te stellen: de legionella-eis en de functionele eis. Tot mijn verbazing bleek de functionele eis het belangrijkst.”

Thermische desinfectie
De 55 °C-eis in de NEN 1006 is in individuele installaties voor legionellapreventie niet nodig, vertelt hij. “Je kunt de temperatuur ook lager instellen. Bij een lagere temperatuur dan 55°C moet het toestel wel wekelijks thermisch worden gedesinfecteerd, bijvoorbeeld door het water voor een periode van meer dan 20 minuten boven de 60 °C te brengen.”

In de NEN 1006 zijn de eisen voor de temperatuur in relatie tot de standtijd voor warmtapwater-voorraadtoestellen omschreven. Als in een warmtapwater-voorraadtoestel de temperatuur niet continu op alle plaatsen minimaal 60 °C is, of in een woninginstallatie zonder circulatiesysteem mimimaal 55 °C, dan moet ter voorkoming van bacteriologische nagroei minimaal wekelijks thermisch worden gedesinfecteerd.

“Als een consument de thermostaat van het voorraadvat lager instelt, bijvoorbeeld op 45 of 50 °C kan hij veel energie besparen, maar het vat wordt zo wel een ideale kweekvijver voor legionella. Pas bij 60 °C of hoger begint de bacterie af te sterven. Daarom is het voor legionellapreventie van belang dat het water wekelijks gedesinfecteerd wordt.”

NEN-commissie beslist
Als je alleen naar de legionella-eis kijkt, kunnen de temperaturen in individuele installaties voor het warm tapwater omlaag, vertelt hij. “Maar dat bepaal ik niet. Het is uiteindelijk aan de NEN-commissie om te beslissen of dit een goed idee is. Ik heb onderzoek gedaan in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en zie dat de warmtapwater-eis van 55 °C in principe niet nodig is voor legionellapreventie. De werkelijke eis is functioneel en daaraan kun je ook op andere manieren tegemoet komen.”

Reactie Kamerlid Van der Lee (GL) op onderzoek
Op 29 oktober reageerde Tom van der Lee in de Tweede Kamer op het onderzoek van Hans van Wolferen, en het artikel van Joop van Vlerken hierover in Gawalo:

"Een eerder door mij ingediende en aangenomen motie ging over het verlagen van de temperatuur van tapwater. Daar is een wettelijke norm voor, van 55°C. Na het aannemen van die motie is er in opdracht van BZK onderzoek uitbesteed. Ik heb op de website van Gawalo gelezen dat het onderzoek inmiddels voltooid is. Uit dat onderzoek blijkt dat de temperatuur-eis voor tapwater inderdaad omlaag kan. Ik zou graag van de staatssecretaris die de minister vervangt, willen horen welke acties het ministerie nu gaat inzetten, in opvolging van dit onderzoek en de aangenomen motie."

Antwoord staatssecretaris Knops:
"De heer Van der Lee vroeg nog hoe het zit met het onderzoek naar het verlagen van de temperatuur van tapwater. Het gaat om de vraag of die temperatuur van 55˚C omlaag zou kunnen. Dat onderzoek is nog niet definitief gereed, maar het is op dit moment al wel in concept gereed. Zodra dat onderzoek er is, stuur ik het ook naar de Kamer. Ik kan in ieder geval aangeven dat ik het onderzoek van een positief advies zal voorzien in de richting van de normcommissie van de NEN. Die is ook verantwoordelijk voor de onderliggende norm. De reactie van die commissie zal ik ook naar de Kamer sturen."